Het boek 'Straf, discipline en toezicht' van Foucault handelt over disciplinaire macht en normalisering. In de oudheid werden op gruwelijke wijze en voor iedereen zichbaar, executies uitgevoerd die mede tot doel hadden de mensen ervan te weerhouden in opstand te komen tegen de machthebbers. Het straffen is nu minder fysiek maar wel effectiever en inmiddels wordt iedereen gecorrigeerd. Dat gebeurt niet alleen in gevangenissen, maar ook al preventief in b.v. fabrieken en op scholen. Foucault noemt in dit verband met name het examineren. Om een gewenste positie binnen de maatschappij te krijgen zijn we verplicht de juiste antwoorden te geven op door anderen verzonnen vragen. Dit werkt extra disciplinerend als het om niet direct toepasbare of zelfs geheel zinloze kennis gaat.